Uniek project op roemrijke grond
Het faillissement van SC Veendam, zes jaar geleden alweer, zal nog lang als een grauwe sluier over de Parkstad blijven hangen. Een hele geschiedenis die velen van ons van dichtbij beleefd hebben, dat veeg je niet zomaar uit. De Langeleegte, het stadion van de voetbalclub, heeft in 60 jaar tijd een grote naam opgebouwd. Vele clubs uit ‘het Westen’ kwamen met angst en beven naar Oost-Groningen, met had dan ook niet zomaar gewonnen, vraag dat maar enkele oud-Feyenoorders.
Gedane zaken nemen echter geen keer en de betaald voetbalclub zal er voorlopig niet weerkeren. Wat een goed idee is dan ook geweest om de Langeleegte om te toveren tot een Leer- en Sportcampus. De gemeente Veendam heeft sportactiviteiten hoog op de prioriteitenlijst staan, samen met het geven van de beste voorzieningen op leergebied. Het is belangrijk om goed te presteren op dat vlak en in de vele diverse sporten die de gemeente rijk is, blijkt dat ook. Jeugd wordt zo een kans geboden om tot optimale wasdom te komen. De omstandigheden zullen wat dat betreft zo goed als mogelijk moeten zijn. Niet alleen op sportief gebied, maar ook in het onderwijs dient er kwaliteit aangeboden te worden. Winkler Prins en Ubbo Emmius, de twee middelbare scholen in Veendam, zullen aan zo’n 2000 leerlingen plaats kunnen bieden, met daarbij alle voorzieningen die nodig zijn.
Aan de Langeleegte
In de afgelopen tijd is er al veel gebeurd in en rond het stadion. Er dient alleen nog heel veel te gebeuren. Een dergelijk project kost geld. Veel geld. De gemeente Veendam is er veel aan gelegen om het budget dat is opgesteld op een verantwoorde manier uit te geven. Veranderingen in de bouwsector zorgen ervoor dat hier jaarlijks naar gekeken moet worden. Klopt de begroting met de werkelijkheid, blijkt niet achteraf dat er een schuld van enkele miljoenen overblijft? Niet te veel poespas dus, dat kost alleen maar geld. Het zou ook niet bij de locatie passen. De Langeleegte, dat is een plek zonder poespas. Niet lullen, maar poetsen, om het maar eens plat te zeggen. Dat past bij Veendam, dat is waar ze goed in zijn.
Ambities vertaald in centen
In de Veendammer begroting is onder andere de ambitie uitgesproken om de ontwikkeling en realisatie van het Leer- en Sportcampus verder te stimuleren. De gemeente heeft veel ambities, zo is gebleken en bij alles wordt vooraf gekeken wat iets zou moeten kosten en op welke manier het bekostigd zou kunnen worden. De gemeente krijgt het meeste geld (meer dan driekwart) van het Rijk zoals Algemene uitkering gemeentefonds, Integratie-uitkering Sociaal domein en Sociale voorzieningen. De rest komt voor uit bijvoorbeeld gemeentelijke belastingen en heffingen.
De gemeente Veendam heeft daarom het volgende uitgesproken:
• Het centrum van Veendam wordt versterkt. De pleinen worden aangepakt; te beginnen met ‘Van Raadhuisplein naar Veenlustplein’.
• Leegstand wordt aangepakt met de leegstandsverordening en er komt in samenwerking met ondernemers en pandeigenaren een nieuwe centrumvisie.
• Ontwikkelen en realiseren van een Leer- en sportcampus. Een eigentijdse, duurzame en toekomstige campus en de herverkaveling van sportpark ‘De Langeleegte’.
• Continu verbeteren van de verkeerveiligheid op wegen en wegvakken en vooral rondom scholen in Veendam.
• Zo min mogelijk restafval produceren door in te zetten op de doorontwikkeling van afvalscheiding.
• Gemeentelijke gebouwen duurzamer maken.
• Inwoners van de gemeente Veendam zo lang mogelijk actief en zelfstandig laten zijn. Hebben inwoners toch zorg nodig, dan biedt de gemeente toegankelijke en toereikende professionele ondersteuning en zorg aan.
• Werknemers van de sociale werkvoorzieningsschappen begeleiden naar regulier werk.
• Het verbeteren van de elektronische dienstverlening om nog efficiënter te kunnen werken en inwoners sneller te kunnen helpen.
Ambities hebben is mooi, maar je dient het geld op een verantwoordelijke manier uit te geven. Criticasters zijn er dan ook. De SP-fractie van Veendam liet afgelopen januari op haar eigen website bij monde van Harry Schoonewille weten: “De wethouder heeft vorig jaar in december gezegd dat er een tekort is op het leer- en sportpark. Straks zijn we drie maanden verder en weten we nog niks. Dat is niet goed, daar maken wij ons ernstige zorgen over. We hebben er weinig vertrouwen in.”